Een groot schandaal in de Nederlandse basketbalwereld. Meerdere voormalige spelers van eredivisieclub Aris uit Leeuwarden zijn verdacht in een onderzoek naar matchfixing. De spelers zouden bewust vier wedstrijden in het voorjaar van 2019 hebben verloren.
Volgens het onderzoek zouden de spelers hebben samengewerkt met gokkers uit Zuid-Korea. Die zouden voor bedragen van minimaal tienduizenden euro’s op de wedstrijden hebben ingezet. Dit is voor het eerst dat een Nederlands sportteam wordt verdacht van een manipulatie op deze schaal.
Vermoeden
Peter Vogelzang, bestuurslid van het Instituut Sportrechtspraak (ISR), bevestigt: “Er is een redelijk vermoeden dat er matchfixing heeft plaatsgevonden.” Het instituut heeft het onderzoek wel moeten stilleggen, vanwege een gebrek aan geld en bevoegdheden.
Onderzoekers van het ISR hebben vier spelers, geen van allen Nederlanders, ondervraagd over deze zaak. Drie van hen zouden blijkens de statistieken ver onder hun kunnen te hebben gespeeld en hebben tegengesproken dat zij die wedstrijd bewust hebben verloren tegen een bedrag.
Kuitblessure
Meerdere spelers hebben gereageerd tegenover de NOS. Een van hen speelde een paar jaar in Zuid-Korea, maar wijt zijn slechte prestaties aan een kuitblessure waar hij een tijd last van had gehad. “Ik ben nooit benaderd door iemand, of in contact geweest met mensen die zoiets doen”, zegt hij.
Tony van den Bosch, in 2019 coach van Aris, is geschokt: “Ik voel me enorm genaaid. Ik stak heel veel tijd in de voorbereidingen voor die wedstrijden. Ik begon aan mijzelf te twijfelen, maar nu achteraf denk ik ‘potverdorie’, wat stond ik daar achter die lijn te doen?”